荷兰语口语对话(一)
荷兰语口语对话(一)
1)Welke maand komt na januari? februari
1) 哪个月份是跟住一月? 二月
2) Wat doe je in je portemonnee? geld
2)你在钱包里放什么? 钱
3) Zijn wielen rond of vierkant? rond
3)车轮是圆形的还是方形的?圆形的
4) Wat is zoet, suiker of zout?suiker
4)什么是甜的,糖还是盐?糖
5) Wat doe je met een oven? bakken
5)烤炉你用来做什么?烤
6) Wat doe je met je mond? praten
6)你的嘴你用来做什么?说话
7) Hoe noem je de vader van je moeder? opa
7)你妈妈的爸爸你怎样称呼?祖父
8) Is het in de nacht licht of donker? donker
8)在夜晚是光亮还是黑暗?黑暗
9) Hoeveel centimeter is een meter? 100
9)一米是几多厘米?100
10 Wat is groter, een boom of een plant? boom
10)什么是更大,一棵树还是一个盆景?一棵树
11 ) Wat doe je met een schaar? knippen
11) 一把剪刀你会用来做什么?剪
12) Welk seizoen komt na de lente? Zomer
12)哪个季节跟住春天?夏天
13) Wat komt uit de kraan? Water
13)水龙头流出的是什么?水
14) Wat doe je met een mes? snijden
14) 刀你会用来做什么?切
15) Kun je met een lepel eten? ja
15) 勺子你能用来吃东西吗?是的
16) Is een jongen een man of een vrouw? man
16)男孩是一个男人还是女人?男人
17) Eet je in de ochtend een ontbijt? ja
17) 早餐你在早上吃吗?是
18)Wanneer is de lunch? ’s Middags
18)午餐是在什么时候?中午
19)Hoeveel neuzen heeft een mens? 1
19)一个人有几多个鼻子?一个
20)Heeft een mens vijf handen of twee handen? Twee
20)一个人有五只手还是两只手? 两只
温馨提示:因考试政策、内容不断变化与调整,坦途网提供的以上信息仅供参考,如有异议,请考生以权威部门公布的内容为准!
- 荷兰语口语艺术类词汇510-11
- 荷兰语口语艺术类词汇410-11
- 荷兰语口语艺术类词汇310-11
- 荷兰语口语艺术类词汇210-11